Ziektes en plagen

Menu Kruisbessen Proeftuin Website


We hebben hier enkel ziektebeelden van plagen en aantastingen opgenomen waar we zelf reeds mee geconfronteerd werden. We beschrijven eventueel ook hoe we de aantasting of plaag hebben aangepakt. De probleem beschrijvingen zijn geïillustreerd met foto's en werden gegroepeerd volgens het (type) organisme dat de oorzaak is van de aantasting.

Type probleem: 
INSECTEN
 SCHIMMELS
 VIRUSSEN
 MIJTEN



INSECTEN:

Bessenbladwesp


Sawfly larvae, Photo: Marc GeensLarven van de gele en zwarte bessenbladwesp zijn de meest algemene bladeters op kruisbessen. Enkele kruisbessenrassen lijken er echter minder last van te hebben.
Deze zogenaamde 'pseudo'rups is de larve van de gele bessenbladwesp (Nematus ribesii of Pteronidea ribesii).
Deze 'rupsachtige' larve wordt tot ongeveer 2,5 cm lang, en heeft meestal bruine of zwarte puntjes op een groenachtige basis.
Bessenbladlarven kunnen een struik op zeer korte tijd kaalvreten.

Sawfly larvae, Photo: Marc Geens De beste bestrijding bestaat er uit om de larven in een vroeg stadium te herkennen en ze dan (manueel) te vernietigen. Wanneer ze te talrijk worden kan je een bacteriën preparaat inzetten of een insecticide op basis van pyrethrum.
Bij 21 °C duurt een levenscyclus van ei tot bladwesp ongeveer 21 dagen. De bladwespen hebben dan ook meerdere generaties per jaar.
De eerste aantasting kan zich (in Vlaanderen) reeds voordoen vanaf medio april en de laatset insecten kunnen worden opgemerkt wanneer de bladeren vallen.

Wanneer de kleine larfjes net uitkomen, beginnen ze allemaal te eten op hetzelfde blad. Dit geeft zeer typische perforaties in het blad (zie foto). In dat stadium is het zeer gemakkelijk om de snoodaards te vernietigen door het blad tussen je vingers te wrijven. Dit is voldoende om de 3 mm grote larven te doden... (voor een gedetailleerde foto, kan je ook hier klikken)
Je kan ook larven van de Zwarte bessenbladwesp aantreffen. Je kan ze onderscheiden doordat ze egaal, dofgroen zijn (foto boven) en ze missen de typische donkere punten op hun lichaam. Verder is de levenscyclus vrij gelijklopend met de Gele bessenbladwesp.

Wil je de cyclus doorbreken, dan is het zaak om het mulchmatreiaal rond de stam te verzamelen (larfjes verpoppen in de bovenste 3 cm van de mulchlaag (of bodem). Wanneer je deze mulch vercomposteert doodt de hitte de insecten. Vergeet niet een nieuwe mulchlaag aan te brengen.

Bladluizen:
Aphids, Photo Marc GeensBladluizen zijn een zeer algemeen probleem, vooral bij 'bemeste' planten. Er zijn meerdere soorten bladluizen die je op kruisbessen kan aantreffen, maar ze veroorzaken allemaal hetzelfde probleem, met name het opkrullen van de jonge groeischeuten en blaadjes.Aphids, Photo: Marc Geens Vaak ook verdwijnen aantastingen van bladluizen even plots als dat ze gekomen zijn.
Wij houden de bladluizen steeds goed in het oog, vooral omdat ze ook overdragers zijn van virusziekten. Hierbij komt het gevaar minder van de massa's vleugelloze insecten, maar vooral van de gevleugelde insecten die zich vlot van de ene plant naar de andere kunnen verplaatsen, en de virussen met hen.
Wij trachten de infecties te beperken door een sopje te maken van zachte zeep, eventueel gecombineerd met basaltmeel (niet als de bessen beginnen te rijpen) omdat het een donkere vlekken veroorzaakt op de bessen. We controleren opnieuw de volgende dag, en als er geen beterschap is, dan maken we een plantenextractje om deze lastposten te lijf te gaan (meestal op basis van brandnetels) en in zeer erge gevallen durven we terugvallen op een pyrethrum oplossing. Maar daar deze laatste twee oplossingen ook nuttige insecten doden, gebruiken we nu vaker een overvloedige hoeveelheid water dat een tijd gemengs is geweest met een kleine hoeveelheid jonge compost....
Het voorbije seizoen hebben we ook enkele malen oorwormen ingezet, en dit helpt zeer goed om de bladluizenplaag zeer snel in te dijken. Hiertoe hangen we op enkele plaatsen oorwormen nestjes (bloempotje gevuld met stro) tegen een stam van bijvoorbeeld zwarte els, of andere struiken. De besvestiging doen we via enkele elastieken. De oorwomen komen in deze nestjes slapen. Wanneer we dus bladluizen vaststellen bevestigen we enkele van deze potjes tegen de stam van de kruisbessenplant tot het probleem is opgeruimd, waarna de oorwormenpotjes weer terug naar hun 'thuisbasis' gaan... Let wel, verplaats deze nestpotjes enkel overdag, zodat je niet ongewild een moeder -die broedzorg vertoont- ongewild van haar kroost scheidt.

Wortelluis:
Soms merkt men bij het veplanten grijze kolonies van luizen die op de wortels zitten. Deze luizen zuigen sap uit de wortels. Ze zijn zelden erg schadelijk zij het dat zij soms grote vochtverliezen bij de struik veroorzaken zodat deze gaat verwelken. Vooral jonge planten kunnen dan wel eens tenonder gaan. Over het algemeen is dit een vrij onschuldige aantasting. Vooral bij groeistoornissen is het soms interessant om hier de nosige aandacht aan te schenken. Het planten van Tagetes zou de kolonies verdrijven.

Kruisbessen fruitmot

ZophodiaDe Kruisbessenrups is in werkelijkheid de rups van een nachtvlinder, namelijk de Fruitmot of Zophodia convulutella.
De eieren worden op de bloemen of op de jonge bessen afgezet. Het duurt ongeveer twee maanden voor de rups zich omvormt tot een pop (juli). Om te verpoppen laat de rups zich op de grond vallen en kruipt in de grond om daar te verpoppen. Het volgende voorjaar komt de nachtvlinder dan boven de grond en herbegint de cyclus. (er is dus slechts één generatie per jaar)
De mot vliegt van april tot midden mei.
De kleine rups kruipt in de eerste bes, vervolgens spint het zijden draden rond de nabije bessen. Soms ook maakt ze gaatjes in meerdere bessen. Meestal is echter één kruisbes voldoende. Vaak verkleurt de bes vroeger dan de andere en kan zo gemakkelijk worden herkend en verwijderd.
Dit insect wordt vaker op rode bessen aangetroffen, en is eerder zeldzaam op kruisbessen.
Wij hebben nog nooit moeten ingrijpen tegen dit insect....

Bessenglasvlinder

bessenglasvlinder-parend koppelDe bessenglasvlinder overwintert als een bijna volgroeide rups in jonge of oudere takken. In april of mei legt ze gang aan tot tegen de oppervlakte van de tak, die dus nog slechts door een dunnen wand afgesloten blijft. In het uitgeholde deel spint de rups zich in een zijden cocon in om te verpoppen. Een paar weken later sluipt de vlinder uit de cocon duwt de opening open, waarbij de cocon in de gangopening achterblijft. Nadat de vleugels zijn uitgevouwen en opgesteven vliegt deze dagactieve nachtvlinder de weide wereld in. Je kan ze vooral op een zonnige ochtend aantreffen. De eiafzet vindt individueel plaats aan de schors nabij een knop of bij een zijtakken bij een knop of een zijscheut. Na ongeveer 10 dagen komt een kleine rups tevoorschijn, die zich onmiddellijk tot bij het merg boren en daar beginnen te eten. Zij knagen de ganse zomer en herfst door en blijven ook tijdens de winter in de twijg. Deze rups hoort dus bij de stengelmineerders.

 

Ziektebeeld: Stengels met vaakl al goed gevormde bessen verwelken plotseling. Bij het snoeien merkt men dat het merg verdwenen is, vaak gekenmerkt door een zwarte ring of aanwezigheid van korrels in plaats van vol merg.

 

Bestrijding: Aangetaste delen wegsnijden totdat men gezond merg aantreft. Dicht bij een knop snoeien (geen lange snoeistompen laten zitten).

 


Naar de top


SCHIMMELS:

Anthracnose - bladvalziekte


Anthracnose of bladvalziekte is veroorzaakt door Drepanopeziza ribes enGloecospridiella ribes.
Symptomen zijn het ontstaan van kleine zwart-bruine, onregelmatige vlekjes op het blad.
Anthracnosis, photo:Marc Geens In bepaalde gevallen verkleuren de bladeren volledig geel of bruin, in andere gevallen vallen ze af zonder eerst te zijn verkleurd.
Er ontstaan kleine grijze knobbeltjes op de verbindingsplaats van het blad. Dit zijn de sporenvormende orgaantjes. De sporen kunnen worden verspreid waarna de schimmel andere planten kan aantasten.
Deze aantasting vermindert de vitaliteit en de groei van de plant. Vervolgens daalt ook de opbrengst. Herhaalde infecties (jaar na jaar) kunnen uiteindelijk aanleiding zijn dat de struik afsterft.
De ziekte kan onder controle worden gebracht door alle ziek blad (van de grond en de struik) te verwijderen. Je verbrand deze best (ze kunnen ook in de composthoop als de broeitemperatuur minstens boven de 65°C uitkomt zodat de sporen worden gedood).
Het aanbrengen van een mulchlaag op regelmatige tijdstippen, maakt dat de ascosporen niet vrij kunnen komen en niet opnieuw je planten kunnen aantasten.
Je snoeit je struiken best goed open, zodat een goede luchtcirculatie door de struik wordt bereikt.

Wanneer echt noodzakelijk kan je de aantasting ook chemisch bestrijden met een geschikt fungicide. Let hierbij op bij het inzetten van Bordolese pap, daar bepaalde kruisbessenrassen nogal gevoelig zijn voor koper.


Meeldauw


Amerikaanse meeldauw

Amerikaanse meeldauw, Photo: Marc Geens In het begin van de aantasting ontwikkelt zich een wit, poederig dons op de jonge groeischeuten. Al snel wordt dit grijsachtig en ontstaan er bruine vlekken tussen. Het bedekt vooral jonge groeischeuten en ook wel de bessen. In een later stadium ontwikkelt zich een dikke bruinachtige donslaag die de bessenoogst volledig verloren laten gaan. De jonge nieuwe bladeren zijn dikwijls sterk misvormd, en de toppen van de jonge scheuten sterven vaak af.
Warm droog zomerweer zorgt er vaak voor dat de struik opnieuw uitloopt (vaak reeds einde juni), maar zogauw het weer opnieuw wat vochtiger wordt slaat de meeldauwschimmel opnieuw toe...
Wanner de aantasting optreedt wordt er geadviseerd om de zieke toppen te verwijderen. Je kan ook proberen te sproeien tegen deze aantasting, maar effcetieve producten zijn voor de particulier niet beschikbaar. Op dit ogenblik worden er ook testen uitgevoerd met een nieuw 'biologisch' product. Resultaten zijn wisselend.

Het is ten stelligste aangeraden om enkel meeldauw tolerante rassen aan te planten zodat deze problemen niet voorkomen. (zie ook lijst met tolerante kruisbessen.)

Gewone of poederige meeldauw
De aantasting lijkt sterk op de beginfase van de Amerikaanse meeldauw, maar gaat uiteindelijk de ganse plant bedekken met een poederig wit pluis. Dit resulteert in een vertraagde groei van de plant, maar in tegenstelling tot de Amerikaanse meeldauw zullen de jonge scheuten niet afsterven. Vaak komt een infectie jaar na jaar terug. Men kan trachten de planten te verstevigen met extracten van heermoes en basaltmeel. Wanner men niet optreedt zal de plant na enkele jaren uiteindelijk niet meer groeien en dan geleidelijk wegkwijnen.
Deze infectie kan ook vlot worden bestreden door het toepassen van zwavel.(of een systemis fungicide).
Nog beter is om de aantasting te voorkomen door enkel meeldauw-tolerante rassen aan te planten.

Grijze meeldauw
Grijze meeldauw (Botrytis) is een grijs, poederig laagje dat (meestal) de jonge scheuten bedekt en is zeer gelijkend met 'poederige meeldauw'. Bestrijding is gelijkaardig als vermeld bij poederige meeldauw.

Ook hier is het weer sterk aanbevolen om enkel meeldauw tolerante rassen aan te planten. (zie lijst met tolerante kruisbessen.)

Roest


In onze collectie, testcollectie werden we nog niet geconfronteerd met roestaantastingen.
Roest is meestal herkenbaar als kleine gele-oranje vlekjes-streepjes op de bladeren en/of stengels.Het gaat hier in feite over de sporangiën(=sporendragers) die door de wand van het blad of de scheut breken en de sporen vrijlaten. Aantastingen kunnen zeer ernstig zijn, zodat het blad wel volledig bedekt lijkt te zijn met een roestlaagje. Bij roestaantastingen kan je best met zwavel spuiten vroeg tijdens het seizoen (wanneer de bladeren beginnen uit de knoppen te komen) en deze behandeling elke twee-drie weken te herhalen tijdens het seizoen, waarbij je de bloei en-plukperiode overslaat natuurlijk.

Naar de top


VIRUSSEN:

Virusinfectie Photo: Marc GeensPhoto: Marc GeensEr zijn vele virusaantastingen gekend. In de meeste gevallen kan men de aantasting vaststellen doordat de bladeren of de nerven anders gekleurd zijn. In bepaalde gevallen zijn enkel de jonge bladeren sterk gekleurd en verdwijnt de kleur bij het ouder worden. In de meeste gevallen veroorzaken virussen geen waarneembare schade aan de struiken. Toch is het aanbevelingswaardig om de verspreiding van deze aantasting naar andere struiken te voorkomen (zie ook bij bladluizen, mijten,...), zeker in collecties en bij grotere aanplanten moeten de nodige voorzorgen worden genomen om de verspreding van virussen tegen te gaan.

Let wel, (ver)kleuring van bladeren kan ook veroorzaakt worden door tekorten aan bepaalde voedingselementen in de bodem...

Naar de top

MIJTEN:


Mijtenaantasting, Photo: Marc GeensMijten zijn kleine spinachtige wezentjes. Evenals bladluizen zijn ze enkel schadelijk wanneer ze in grote getale optreden. Ze worden er ook van verdacht om virussen te kunnen overdragen van plant tot plant. Het kan noodzakelijk blijken om struiken te behandelen tegen mijtaantastingen. Dit wordt best gedaan door hun natuurlijke vijanden uit te zetten. Men kan natuurlijk ook sproeien met een acaricide (minder gewenst).
Mijtaantastingen geven vaak allerlei kleine uitgroeien op het blad of kunnen worden opgemerkt door kleine vlekjes die verkleuren.








Naar de top

Wanneer u uw probleem niet herkende in deze beknopte lijst, gelieve ons dan een mailtje te sturen met de beschrijving van het probleem, indien mogelijk met een foto, we zullen ze dan trachten voor u te identificeren en aan te geven hoe best dit probleem natuurvriendelijk op te lossen.